Dorsoduro

Cultuur ligt voor het oprapen

  • Home
  • Dwarskijken
  • Muurmuseum
  • Poëzie
  • School en kunst
  • Contact

De groeten van Gerard Philips

11 mei 2023 door Peter Zunneberg

Zeven meter hoog borstbeeld van Gerard Philips over de Waal op weg van Millingen naar Zaltbommel

Een klein jaar werkte kunstenaar Andreas Hetfeld op een scheepswerf in Millingen aan een borstbeeld. Waarom op een scheepswerf en niet in zijn atelier? Omdat het borstbeeld zeven meter hoog moest worden. En hoewel de omvang anders doet vermoeden, was het precisiewerk. Hetfeld stapelde zo’n vijfhonderd corten-stalen platen, die elk exact op het juiste formaat moesten worden gefreesd, zodat ze gestapeld een natuurlijk borstbeeld zouden vormen. En waarom zo kolossaal? Omdat het beeld in de openbare ruimte moet opvallen.

De geportretteerde in kwestie is niemand minder dan Gerard Philips en het kunstwerk is een geschenk van het bedrijf dat hij oprichtte aan Eindhoven. In het begin in 1891 begon dat bedrijf met het produceren van gloeilampen, waarvoor Philips als chemisch technoloog een manier had ontwikkeld om gloeidraden te maken. Ook Gerards broer Anton komt al snel bij het bedrijf werken. Het startkapitaal is deels afkomstig van hun vader Frederik. In de decennia die volgden, breidden de broers Philips hun bedrijf uit met de productie van andere elektrotechnische apparaten.

Op zaterdag 29 april vertrok het afgeronde beeld van de scheepswerf over de Waal naar Zaltbommel, waar Gerard Philips in 1858 geboren werd. Daar in Zaltbommel wordt het beeld weer ontmanteld, om over de weg naar Eindhoven getransporteerd te worden. Vanaf een ponton getrokken door een sleepboot blikte het beeld statig in zuidelijke richting. Naar de enkele honderden belangstellenden die zich op de Nijmeegse Waalkade hadden verzameld. Maar zijn blik op de Nijmeegse benedenstad had nog iets anders speciaals.

Plaquette op het huis in de Grotestraat waar de moeder en de tante van Karl Marx woonden

In de Nonnenstraat in Nijmegen werd in 1788 Henriëtte Presburg geboren en negen jaar later haar zuster Sophie. Hun vader, Isaac Heymans Presburg was er voorzanger in de synagoge. Henriëtte en Sophie hadden nog drie broers of zussen, maar die zijn voor dit verhaal niet van belang. Na jaren in de Nonnenstraat te hebben gewoond, verhuisde het gezin Presburg naar de Grotestraat, waar een plaquette herinnert aan Henriëtte Presburg. In 1820 trouwde Sophie met Lion Philips en het stel vestigde in Zaltbommel. De vijfde van hun kinderen is de al genoemde Frederik Philips, de vader van Gerard en Anton Philips.

In 1814 was Henriëtte Presburg al getrouwd met de Duitse advocaat Heinrich Marx. Ze verhuisden naar Heinrichs woonplaats Trier. Uit het huwelijk werden negen kinderen geboren, waarvan er twee al jong overleden. Toen rond 1833 Henriëttes en Sophies ouders overleden machtigden Henriëtte en Heinrich hun zwager Lion Philips om de nalatenschap van de Presburgs af te handelen. Toen enkele jaren later Heinrich overleed, ondersteunde Lion Philips zijn neef die in Bonn rechten studeerde. Waar zijn kleinzoons in Nederland met hun bedrijf hun stempel drukten op de geschiedenis, heeft die neef nog veel groter invloed op de wereldgeschiedenis gehad. Zijn naam? Karl Marx.

Waar Karl Marx, getuige een brief aan zijn ouders uit 1836, ooit Nijmegen bezocht, is dat van Gerard Philips niet bekend. Zijn overgrootouders waren allang overleden toen hij werd geboren. En of er verder nog familie woonde, is niet bekend. Daarom is het mooi dat hij, weliswaar symbolisch met zijn blik rechtstreeks de Grotestraat in, de geboorteplaats van zijn grootmoeder en oudtante heeft kunnen groeten.

Blik vanaf de Waalkade naar de Grotestraat in Nijmegen, waar de moeder en de oudtante van Gerard Philips en de moeder en de tante van Karl Marx woonden

Categorie: beeldhouwkunst, erfgoed, omgevingskunst Tags: Andreas Hetfeld, Eindhoven, Nijmegen, Zaltbommel

Boerderij van geluk

11 april 2023 door Peter Zunneberg 1 Reactie

Boerderij op palen

Als kunsthistoricus ben ik altijd snel geneigd om iets in de openbare ruimte waar geen logische verklaring voor is, als kunst te interpreteren. En als ik dan ook nog eens een relatie kan leggen met een ander kunstwerk, valt er daaraan helemaal niet meer te tornen. Op tweede Paasdag was het weer eens zo laat.

Met enkele familieleden liep ik een deel van de Walk of Wisdom. Net voorbij de Hatertse en Overasseltse Vennen stond midden in een weiland een boerderij op een soort schavot. Het had iets van een olieboorplatform op zee, alleen dan een stuk idyllischer. Door de afstand was de grootte van het bouwsel moeilijk in te schatten. Het was mooi afgewerkt, te klein om in te wonen, te hoog voor een hondenhok en voor een duiventil had het geen zichtbare openingen.

Eilandje van geluk van Leonard van Munster

Nu staat er in de omgeving van Nijmegen nog zo’n boerderij, kleiner en op een steile terp. Eilandje van geluk heet het en de maker is Leonard van Munster. Van Munster maakt in de openbare ruimte  installaties die een duidelijke binding hebben met de plek. Zijn Eilandje is te vinden vlakbij de dijk van de Spiegelwaal. Mocht de dijk ooit doorbreken dan staat dit boerderijtje hoog en droog. Dat geldt ook voor de boerderij op palen. Alleen is daar de dreiging van overstroming niet of nauwelijks aanwezig. Maar waar ik ook zoek, ik vind geen aanwijzingen dat dit een werk van Van Munster zou zijn. Ook niet van enig ander kunstenaar overigens.

Toch vind ik het, ook als het niet zo bedoeld is, een sterk kunstwerk, juist door het ontbreken van een logische relatie tussen bouwwerk en plek. Dat je voorzorgsmaatregelen moet nemen voor áls de rivierdijk doorbreekt, is veel logischer dan op een plek waar wateroverlast in de verste verte geen reëel gevaar is. In die zin ontregelt de boerderij op palen veel meer dan die op het terpje. Misschien is dat inzicht, die wijsheid, deze ontdekking, voor mij wel de belangrijkste opbrengst van deze etappe.

Categorie: architectuur, Kunstcolumn, omgevingskunst Tags: Leonard van Munster

Hourloupe

28 januari 2022 door Peter Zunneberg

Dwarskijken, Jean Dubuffet, Godlinze, hourloupe

In 1991 was ik in Rome. De studievereniging van Kunstgeschiedenis had voor de jaarlijkse reis gekozen voor de Eeuwige Stad. Het idee was om een te gaan, maar de heenweg duurde door pech al drie dagen. Om onze tijd in Rome efficiënt te besteden, plande ik met enkele anderen een dag met het bezoeken van tien kerken. Van vroeg-christelijke basilieken tot en met barok. Na Bernini’s Sant’ Andrea in Quirinale was de culture shock in de Santa Maria degli Angeli e dei Martiri te groot. We gooiden de handdoek in de ring en sloegen de laatste kerk over.
Afgelopen zomer kampeerde ik met mijn echtgenote, in Rome als journalist aanwezig, bij onze kerkentocht, in Oost-Groningen. We lazen over Groninger kerken en werden nieuwsgierig. We planden een dagtocht langs zeven kerken, maar de enorme verscheidenheid smaakte naar meer. Aan het eind van de dag stond de teller op elf, waarbij we er ook nog een hadden moeten missen, omdat die kerk op zondag gesloten was.

Holwierde, Bierum, Spijk, ’t Zandt, Zeerijp, Westeremden, Stedum (gesloten), Loppersum, Eenum, Oosterwijtwerd, Krewerd. Het exterieur, de koorbanken, de begraafplaats, het orgel, de muurschilderingen, elke kerk had zijn eigen verrassende details. Het meest bijzonder vond ik de kerk van Godlinze en misschien kwam dat wel omdat er in de 16-eeuwse Pancratiuskerk een moderne twist te vinden was. In de witgepleisterde kerk waren de naden met zwart geaccentueerd. Waarom? Geen idee. Ik heb er geen verklaring voor kunnen vinden. Maar ik had er wel direct een associatie bij. In het beeldenpark van het Kröller-Müller Museum is misschien wel het meest prominente werk de Jardin d’émail van Jean Dubuffet. De omheinde witte ‘tuin’ van twintig bij acht meter is een belevenis om doorheen te lopen, vooral bij fel zonlicht. Het is verblindend. Maar Dubuffet heeft alle naden met zwarte verf gemarkeerd. Dubuffet noemde het hourloupe-stijl. Vloeiende lijnen, ingegeven door doodles, accentueren vlakken en suggereren beweging. Van vloeinde lijnen is in Godlinze geen sprake. Maar wie Jardin d’émail kent, kan de Pancratiuskerk niet bezoeken zonder even aan Dubuffet te denken.      

Categorie: architectuur, beeldhouwkunst, Dwarskijken, erfgoed, omgevingskunst Tags: Godlinze, Jean Dubuffet

Twee torens

22 augustus 2021 door Peter Zunneberg Reageer

Dwarskijken, Torentje van Drienerlo, Wim T. Schippers, Enschede, Curon Venosta

‘Moederziel alleen’ en ‘eenzaam’ noemde Wieteke van Zeil het Torentje van Drienerlo van Wim T. Schippers in de vijver van de Universiteit Twente in Enschede, in haar reeks Kijken op gevoel. Maar is dat wel zo? Ik denk het niet en om dat te onderbouwen is een stukje Europese geschiedenis noodzakelijk.

Na de Eerste Wereldoorlog kreeg Italië als een soort herstelbetaling voor al het oorlogsleed een deel van Oostenrijk, Süd Tirol. De bewoners van het gebied waren er niet gelukkig mee, het overkwam hen, geraadpleegd werden ze niet. Veel veranderde er aanvankelijk niet voor hen, zo bleven ze het dialect spreken dat verwant was aan het Duits. Nog altijd hebben de plaatsen in Süd Tirol, Alto Adige in het Italiaans, een Duitse en een Italiaanse naam. Het bergachtige gebied was grotendeels agrarisch en tamelijk armoedig. Marco Balzano beschrijft het allemaal in zijn roman Ik blijf hier.
Alles werd anders toen Benito Mussolini aan de macht kwam, Duits spreken bijvoorbeeld was niet langer toegestaan. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, groeide de hoop dat Süd Tirol weer Oostenrijks zou worden en meldden talloze jonge mannen zich vrijwillig aan voor het Duitse leger. Anderen doken onder om zo de Italiaanse dienstplicht te ontlopen. Dorpen raakten ontwricht en families verscheurd. Tegen die achtergrond zijn er ook nog de plannen om in het gebied, dat verder weinig tot niets opleverde een stuwdam te bouwen, om zo te kunnen voorzien in de stijgende vraag naar energie. Bij de bouw van die dam in 1950 verdween het dorp Curon Venosta (Graun im Vinschgau) onder water. Alleen de kerktoren bleef zichtbaar boven de waterspiegel. Over eenzaam gesproken.
Eigenlijk zou je kunnen stellen dat Wim T. Schippers met zijn Torentje van Drienerlo, in 1979, geen eenzaam kunstwerk schiep, maar de eenzaamheid van een ander ophief. Zijn torentje in de vijver is een geestverwant van de toren van Curon geworden. Een kunstwerk dat als het ware uitdraagt te weten hoe een ander zich voelt. Je zou ze Twin Towers kunnen noemen, als die naam niet zo beladen was geworden. In ieder geval is er door het bouwen van de een bij de ander van eenzaamheid geen sprake meer.        

Categorie: architectuur, Dwarskijken, erfgoed, literatuur, omgevingskunst Tags: Curon Venosta, Enschede, Wim T. Schippers

De verdwenen kamer van Giny Vos

14 april 2020 door Peter Zunneberg 2 Reacties

Giny Vos, De verlichte kamer, Limospark, Nijmegen

Hij kan het niet geloven dat het gebouw tegenover Villa Geldersch Hof aan de Postweg in Nijmegen gesloopt is. Op twitter deelt de Romeinse jurist Riccardo zijn ergernis hierover. Op mijn reactie laat hij weten dat hij er twintig jaar geleden gewoond heeft, toen hij een jaar lang in Nijmegen studeerde. In 2006 was hij nog eens terug en stond het er nog. Pallas House heette het.

Op zoek naar extra informatie kom ik niets tegen. Ik ken wel de verhalen over het LIMOS-terrein, dat er achter de Prins Hendrikkazerne en naast het bijbehorende militair hospitaal een gebouw stond waar buitenlandse officieren onderdak werd geboden. Later zal dit hetzelfde gebouw zijn geweest, waar bureau buitenland van de (toen nog) Katholieke Universiteit Nijmegen buitenlandse studenten onderbracht. Maar makkelijk iets terugvinden is niet mogelijk

Nadat de Luchtmacht Instructie en Militaire Opleidingen School (LIMOS) in 1995 vertrokken was, gebeurde er enige tijd niets met het terrein. Toen het heringericht werd, kwam er woningbouw, kreeg een deel van de bestaande bebouwing een andere functie en werd een groot deel van het terrein ingericht als stadspark. Het Pallas House werd ontmanteld, letterlijk. Twee muren en een vloer op de eerste verdieping bleven gespaard. De constructie kreeg een bestemming als kunstwerk.

Lichtkunstenaar Giny Vos ontwierp een soort tl-buis-constructie van een tafel en een stoel die ’s avonds gelijk met de straatverlichting begon te branden. De verlichte kamer noemde ze het. Het bijzondere was dat het lichtkunstwerk buiten de muren van het oorspronkelijke pand trad. Het kunstwerk van Vos herinnerde aan de geschiedenis van het pand als gastenverblijf. Ik vond het prachtig. Het werk straalde uit dat gastvrijheid zich niet door muren laat beperken.

Helaas was het werk geen lang leven beschoren. De oplichtende buizen bleken een dankbaar object om te slopen, waardoor eigenlijk alleen de oude structuur van het gebouw voortdurend zichtbaar was en niet de verlichting die zoveel aan betekenis toevoegde. Uiteindelijk besloot de gemeente Nijmegen alles met de grond gelijk te maken. Er is weinig dat eraan herinnert. Op de website Kunst op straat in Nijmegen wordt Giny Vos nog wel genoemd. Maar wie op haar naam klikt, komt op een blanco pagina. 0 resultaten staat er even overbodig als wrang. Zou het niet veel mooier zijn als de website ook kunstwerken die niet meer te zien zijn, in herinnering houdt? Het is maar een suggestie.

NB. Op haar website staat een overzicht van al het werk van Giny Vos te zien. Daar zijn ook foto’s te zien van De verlichte kamer. De foto bij dit stuk, gemaakt door Gert Jan van Rooij, gebruik ik met haar toestemming.

Limospark, Nijmegen, Giny Vos

Categorie: Kunstcolumn, omgevingskunst Tags: Giny Vos, Nijmegen

Volgende »

Categorie

  • architectuur
  • beeldhouwkunst
  • Chronogram
  • Dwarskijken
  • erfgoed
  • film
  • fotografie
  • Jaar van het boek
  • Kunstcolumn
  • literatuur
  • Muurmuseum
  • muziek
  • omgevingskunst
  • Op zoek naar Schwind
  • poëzie
  • schilderkunst
  • School en kunst
  • stedenbouw
  • street art
  • tekenkunst

Trefwoorden

Adolf Friedrich von Schack Amersfoort Amsterdam anoniem Arnhem Berlijn Den Bosch Den Haag Deventer Doetinchem Dordrecht Eindhoven Enschede Franz Schubert Gent Gorinchem H.H. ter Balkt Harderwijk Hengelo Ida Gerhardt Ingmar Heytze Jaap Robben Jules Deelder Leeuwarden Leiden Maastricht Michelangelo Middelburg Moritz von Schwind München Naarden Nijmegen Nunspeet Rome Rotterdam sonnet stadsdichter Tilburg Utrecht Venetië Venlo Watou Wenen Willem Wilmink Zutphen

Alle trefwoorden

Copyright Dorsoduro © 2023 · Log in