Poseidon is de Griekse god van de zee. Maar voor Poseidon waren er al andere goden van de zee. Een van hen was Nereus. Zijn dochters heten Nereïden en daarvan had hij er nogal wat, zo’n vijftig is de schatting. Twee van hen hebben in ieder geval bekendheid gekregen: Thetis, die trouwde met Peleus en de moeder werd van Achilles en Amphitrite, die getrouwd was met Poseidon. De Nereïden waren in de 19e eeuw een geliefd onderwerp om te schilderen. Ook Moritz von Schwind verbeeldde hen.
Nic Jonk was een Nederlandse beeldhouwer van wiens hand er op zeker zes plaatsen in Nederland een beeld staat van een Nereïde die de liefde bedrijft met Triton. Ook In Breda heeft dit beeld op diverse plekken gestaan, maar uiteindelijk is het beeld uit het straatbeeld verdwenen. Op zich mag dat opmerkelijk heten: de titel van het werk is het meest expliciet. Er is in het beeld weinig prikkelends te ontdekken, behalve dan Jonks stijl die wel als voluptueus wordt omschreven. Maar bijvoorbeeld het klassieke bijbelse thema van de Sedes sapientiae, van Maria met het kindje Jezus op schoot, verbeeldde Jonk op eenzelfde herkenbare manier. Naar verluidt heeft Jonk zijn huis in Grootschermer De Nereïden genoemd, dus misschien mag je van een obsessie spreken.
Wie?
Voor wie de Nereïden precies waren, bestaan er in ieder geval vier bronnen. De bekendste is ongetwijfeld Homerus.Behalve Thetis en Amphitrite benoemt hij er 32 bij naam. De Griekse dichter onderscheidt er precies vijftig. Dan is er een zekere Apollodorus, die, om hem niet te verwarren met Apollodorus van Athene, Pseudo Apollodorus genoemd wordt. In zijn Bibliotheca geeft hij namen aan 45 Nereïden. En ten slotte is er de Romein Gaius Julius Hyginus die bij een inventarisatie op 47 Nereïden uitkomt. Nu kun je je verbazen over die verschillen, maar die verbazing wordt nog veel groter als je de lijstjes van de vier naast elkaar legt. Opgeteld komen ze op 97 bij naam genoemde Nereïden. Daarvan zijn er slechts elf die door alle vier genoemd worden. En daar zitten Thetis en Amphitrite niet eens bij.
Böcklin
In de kunst komen we de eerste Nereïden tegen tijdens de Renaissance. De belangstelling voor de klassieken, vertaalde zich in het afbeelden van de zeenimfen op fonteinen, waar immers ook het water stroomde. In de loop van de 19e eeuw zien we Nereïden ook geregeld in de schilderkunst. Bijvoorbeeld bij Arnold Böcklin, die we in deze reeks al enkele keren tegenkwamen, of bij zijn tijdgenoot Joaquin Sorolla (die er wel een erg fantasievol geheel van maakt door zijn boot te voorzien van de ferro van een Venetiaanse gondel). Bij hen zou je nog een link kunnen leggen met het opkomend symbolisme, maar een echt sluitende verklaring voor de belangstelling voor de Nereïden heb ik nog niet kunnen vinden.
Schwind
Eerder al komen we bij Moritz von Schwind Nereïden tegen. Het vroegst betreft het Neptun und Amphitrite auf dem Muschelwagen, waarin behalve Amphitrite nog enkele ander Nereïden figureren. Vermoedelijk heeft Schwind kennis gemaakt met het thema tijdens zijn reis naar Italië in 1835. Hier heeft Rafaël in de Villa Farnesina een kamer gewijd aan de nimf Galatea, die door Homerus en Hesiodus gezien wordt als Nereïde. Voor zijn fresco-ontwerp voor slot Hohenschwangau, dat overigens nooit door Schwind werd uitgevoerd, kwam hij in dezelfde periode met een nimfenscène, afkomstig uit Torquato Tasso’s La Gerusalemme liberata.
Worshipping
In 1865 schilderde Schwind Hochzeitszug der Amphitrite. En dan is er nog Nereids worshipping the moon dat ik pas via het Twitteraccount Archaeology and Art tegenkwam. Qua stijl ben ik onmiddellijk bereid dit als een werk van Schwind te zien. Alleen ontbreekt het in alle literatuur over de schilder. Ook vind ik op internet niet meer informatie dan dat het in mei 2015 geveild is. Waar het nu is, kan ik niet vinden, tenzij ik meer dan veertig euro per maand betaal.
Het werk doet wat denken aan Geister den Mond anbetend, een ovaal schilderij, dat Schwind rond 1860 geschilderd zou hebben en dat zich volgens Otto Weigmann in de Schack Galerie zou moeten bevinden. Maar in een catalogus van Sammlung Schack uit 2009 ontbreekt dat schilderij. Mogelijk wordt er de komende tijd meer duidelijk over dit schilderij. Ik zal het in ieder geval zo goed mogelijk volgen.
Geef een reactie