Dorsoduro

Cultuur ligt voor het oprapen

  • Home
  • Dwarskijken
  • Muurmuseum
  • Poëzie
  • School en kunst
  • Contact

De kunst van het weglaten

6 april 2023 door Peter Zunneberg Reageer

Natasja Bennink en Yinka Shonibare, maar ook Kader Attia, hebben in hun beelden wezenlijke details weggelaten, waardoor het beeld sterker wordt.

Vorig jaar april onthulde Natasha Bennink in Harderwijk twaalf beelden die het verhaal van de stad vertellen. Een van die verhalen is van Ezechiël de Lange. De Lange, een jood die handelt in lompen, oud ijzer en oud papier. Hij geeft vioolles aan de muziekschool in Harderwijk en is hartstochtelijk supporter van voetbalvereniging VVOG, waarvan zijn zoon Appie een van de oprichters is. In april 1943 meldt hij zich bij Kamp Vught, zoals door de Duitse bezetter bevolen is. Voor zijn vertrek geeft hij zijn viool in bewaring. Van Vught gaat het naar Kamp Westerbork en vandaar naar Sobibor, waar Ezechiël de Lange op 14 mei vermoord wordt. Bennink heeft hem geportretteerd, zoals hij misschien het meest bekend was: viool spelend. Maar dan zonder zijn viool, het instrument dat voor een deel De Langes identiteit bepaalde en dat de oorlog wél overleefde.

Onlangs zag ik in  Museum Voorlinden een beeld van Kader Attia, een schommel met twee beenprotheses. Waar Bennink een persoon verbeeldde en het attribuut wegliet, doet Attia het omgekeerde. Ik stel me voor hoe in een conflictgebied iemand eerst zijn benen is verloren. Die worden vervangen door protheses. Maar als dan de persoon zelf overlijdt, is alles wat van hem rest zijn kunstbenen. Het beeld zet op bijzondere wijze aan het denken over onze vergankelijkheid en identiteit. Zowel zonder als met twee protheses zou ik gewoon Peter Zunneberg zijn. Maar die protheses zijn, zonder Peter Zunneberg, ineens weer twee dingen. En juist dat idee wordt aan het wankelen gebracht door ze op een schommel te plaatsen.

De schommel komt vaker voor in de kunstgeschiedenis.  De meest bekende is geschilderd door Jean-Honoré Fragonard. We zien een vrouw die uitbundig heen en weer vliegt en zelfs door de vaart haar slipper verliest. Dit iconische beeld werd door de Brits-Nigeriaanse kunstenaar Yinka Shonibare gebruikt om een verhaal te vertellen over Afrika en kolonialisme. Op de schommel zit een vrouw, maar haar hoofd ontbreekt. Daardoor gaat alle aandacht naar haar weelderige jurk. De kleurrijke print is niet alleen populair in West-Afrika, maar lange tijd werd aangenomen dat de stof ook daar zijn oorsprong vond. Dat blijkt niet het geval. Het Helmondse bedrijf Vlisco, opgericht in 1846, begon in 1852 met de productie van namaakbatik. Toen het Koloniaal Bestuur in Nederlands-Indië dit aan banden legde, om de plaatselijke productie te beschermen, verlegde het bedrijf de export van de zogenaamde Dutch Wax naar West-Afrika, waar in het laatste kwart van de 19e eeuw ook fabrieken werden opgezet. De stof, die beschouwd werd als Afrikaans erfgoed, blijkt dat dus helemaal niet te zijn. En juist die stof laat Shonibare zien, niet alleen in The Swing (after Fragonard), maar bijvoorbeeld ook in een beeld dat gebaseerd is op The Reverend Robert Walker Skating on Duddingston Loch van Henry Raeburn. Hoofd en hoed ontbreken en de zwarte jas is vervangen door kleurrijke Dutch Wax.

Waar Bennink en Attia door het weglaten iets doen met de identiteit van hun geportretteerde, doet  Shonibare dat misschien wel het meest extreem. Door het weglaten van de gezichten van de vrouw op de schommel en van Reverend Robert Walker, verlegt hij de aandacht voor de identiteit van deze personen, naar die van een heel continent.

Henry Raeburn, The Reverend Robert Walker Skating on Duddingston Loch en Yinka Shonibare, Reverend on Ice

Categorie: beeldhouwkunst, Dwarskijken, schilderkunst Tags: Harderwijk, Henry Raeburn, Jean-Honoré Fragonard, Kader Attia, Natasja Bennink, Yinka Shonibare

De twaalf werken van Natasja Bennink

4 augustus 2022 door Peter Zunneberg

Hic locus est ubi mors gaudet succurrere vitae, hier is de plaats waar de dood zich verheugt het leven te helpen. Heel lang kon ook een dode taal zich als het ware verheugen, omdat Grieks of Latijn verplicht was om geneeskunde te kunnen studeren en dus het leven te helpen. Dat is niet meer, maar de Hic locus est … is nog steeds nauw verbonden met de medische wetenschap. Zo is hij te lezen boven de ingang boven de ingang van een van de gebouwen van de Charité in Berlijn, een van de grootste academische ziekenhuizen van Europa.

De tekst is ook te lezen op een bronzen snijtafel in een park in Harderwijk. Tussen 1648 en 1811 had Harderwijk een universiteit en onder andere Herman Boerhaave promoveerde hier in de medische wetenschappen. Die bronzen snijtafel herinnert hieraan. Op de tafel liggen wat medische instrumenten en een schedel en ernaast staat een emmer met ingewanden. Het is alsof de arts die hier een snijpracticum begeleidde is vergeten de emmer op te ruimen.
De snijtafel is een werk van Natasja Bennink. Zij maakte twaalf beelden, verschillend in grootte en impact, die samen het verhaal van Harderwijk vertellen. DE opdracht kreeg Bennink van Stadsmuseum Harderwijk, dat via de beelden een link wil leggen tussen de geschiedenis van de stad en de presentatie van het museum.

Behalve universiteitsstad was Harderwijk, eeuwenlang liggend aan de Zuiderzee uiteraard ook vissersstad. Dat gaf Bennink vorm door een jongen en een meisje, heimelijk vrijend in een nis in de stadsmuur, wetend dat de jongen morgen of overmorgen weer naar zee vertrekt. En misschien nooit meer thuis komt. Harderwijk als garnizoensstad met de handen van een Afrikaanse soldaat met wat aarde uit het continent waar hij vandaan komt. En met bijbehorende pensions van bedenkelijk allooi, vormgegeven door een ‘vergeten’ lippenstift op een vensterbank. En later, ten tijde van de Koude Oorlog met een spionnenopleiding, verbeeld door een achtergelaten Pravda op een bankje.
Het meest indringend is misschien wel het beeld van Ezekiël de Lange, vertegenwoordiger van de joodse gemeenschap in Harderwijk en volkomen ingeburgerd, met functies in allerlei geledingen van de samenleving. Vlak voor hij werd weggevoerd had hij zijn viool in bewaring gegeven. Bennink heeft hem vioolspelend weergegeven, alleen zonder het instrument dat wel de oorlog overleefde.

Bennink vatte haar opdracht zeer serieus op, maandenlang woonde ze in Harderwijk, voerde er honderden gesprekken, las veel over de stad en werd als het ware een met haar geschiedenis. Zo is ze in staat gebleken die geschiedenis zichtbaar en invoelbaar te maken.
In de klassieke mythologie was het de held Herakles die twaalf schier onmogelijke werken diende te verrichten. Zover hoefde Natasja Bennink niet te gaan. Maar dat zij met haar twaalf werken in brons op unieke wijze een stadsgeschiedenis vertelt, mag minstens zo bijzonder zijn.
Ik heb de beelden inmiddels twee keer gezien en kan iedereen aansporen om eens naar Harderwijk te gaan en geraakt te worden door de vertelkracht van Benninks beelden.

Categorie: beeldhouwkunst, erfgoed Tags: Harderwijk, Natasja Bennink

Hanzestad Harderwijk

31 juli 2022 door Peter Zunneberg Reageer

Klooster staat er op het straatnaambordje op de zijkant van een monumentaal gebouw in Harderwijk. Het is de meest heldere aanduiding voor wat het gebouw ooit geweest is.
Al sinds de reformatie is het Sint-Catharinaklooster geen klooster meer. Achtereenvolgens was het pand in gebruik als woonruimte voor Engelse wevers die als balling uit Norwich en Colchester naar Harderwijk waren gekomen. Vanaf 1648 vestigde de Gelderse Academie, na Leiden, Franeker, Groningen en Utrecht, de vijfde universiteit van Nederland zich hier. Toen die in 1811 werd opgeheven, deed het gebouw jarenlang dienst als magazijn voor militaire goederen en ook enige tijd als militaire bakkerij. Tegenwoordig biedt het oude klooster onderdak aan ’t Klooster – Centrum voor de kunsten.

Sinds het voorjaar van 2022 zijn er twee kunstwerken die herinneren aan de tijd dat hier een klooster gevestigd was. Uit een wand steken twee handen met een rozenkrans, een kunstwerk van Natasja Bennink, van wie, verdeeld over de stad twaalf beeldhouwwerken het verhaal van Harderwijk vertellen. Op de kopse kant van het gebouw realiseerde schilders-collectief De strakke hand een muurschildering met een prominente plek voor een non. Schuin achter haar zien we een visser, eeuwenlang de nelangrijkste bron van inkomsten voor de stad. Maar het echt typisch Harderwijkse in de voorstelling zit hem in enkele details. Zo zien we een paardje dat in 1999 in Harderwijk gevonden werd en dat rond 1300 in Noorwegen is gemaakt als gewichtje om de waarde van gouden en zilveren munten vast te stellen. Het paardje werd door Natasja Bennink uitvergroot en kreeg een plek langs het Zeepad.

Een ander detail is het opengescheurde zakje met pepernoten. Zonder al te veel moeite is de naam Van Delft te herkennen op de verpakking. In 1958 verhuisde Van Delft Biscuits, na jarenlang in Zaandam buurman te zijn geweest van Albert Heijn en Verkade, het bedrijf naar Harderwijk. Pepernoten in vijftig verschillende smaken nemen een belangrijke plek in in het assortiment van Van Delft.

Het bijzondere van de muurschildering is dat het niet alleen het verhaal vertelt van het gebouw waarop het te zien is, maar ook een groter verhaal, namelijk van de Hanzesteden in Nederland en een deel van Duitsland. In totaal gaan veertien grote schilderingen dat verhaal vertellen, tien in Nederland en vier in Duitsland. Langs de steden en de schilderingen wordt een fietsroute ingericht. En voor wie niet het gehele traject wil afleggen, komen er kortere routes.

Waar street art steeds vaker wordt ingezet om een verhaal te vertellen en toeristen te trekken (denk aan de Waalpaintings in Nijmegen), is het opmerkelijk dat het in Harderwijk niet het grote plaatje is, dat gaat over de Hanze, maar juist de details. Het paardje kwam naar hier als een soort gereedschap van de Hanze en het succes van de pepernoten van Van Delft laat zien hoe de handel nog steeds kan bloeien.

Categorie: beeldhouwkunst, erfgoed, Muurmuseum, schilderkunst, street art Tags: De strakke hand, Harderwijk, Natasja Bennink

Categorie

  • architectuur
  • beeldhouwkunst
  • Chronogram
  • Dwarskijken
  • erfgoed
  • film
  • fotografie
  • Jaar van het boek
  • Kunstcolumn
  • literatuur
  • Muurmuseum
  • muziek
  • omgevingskunst
  • Op zoek naar Schwind
  • poëzie
  • schilderkunst
  • School en kunst
  • stedenbouw
  • street art
  • tekenkunst

Trefwoorden

Adolf Friedrich von Schack Amsterdam anoniem Arnhem Berlijn Caspar David Friedrich Den Bosch Den Haag Deventer Doetinchem Dordrecht Eindhoven Enschede Franz Schubert Gent Gorinchem haiku Harderwijk Hengelo Ida Gerhardt Ingmar Heytze Jaap Robben Leeuwarden Leiden Maastricht Michelangelo Middelburg Moritz von Schwind München Naarden Nijmegen Nunspeet Rome Rotterdam sonnet stadsdichter Tilburg Utrecht Venetië Venlo Watou Wenen Willem Wilmink William Shakespeare Zutphen

Alle trefwoorden

Copyright Dorsoduro © 2023 · Log in