Tessenderlandt in Breda is zo’n typische jaren ’60-school voor voortgezet onderwijs (oorspronkelijk gebouwd als LTS), zoals er in Nederland zo veel staan: drie verdiepingen, waarbij de grote horizontale raampartijen duiden op grote transparantie. Je zou er bijna een werk van Jan Schoonhoven vertaald naar architectuur in kunnen zien. De ingangspartij, rechts in de gevel, is weinig opvallend, zeker ook omdat er een element is dat de horizontaliteit doorbreekt, namelijk het grote bakstenen reliëf dat zich over de drie verdiepingen verheft. Het reliëf is grotendeels opgebouwd uit verticale vlakken. Alleen bovenin net onder de daklijst is een ronde vorm te zien. Daardoor is de neiging groot er een menselijke figuur in te herkennen. Wat verder opvalt is dat de maker verschillende tinten baksteen heeft gebruikt, wat het reliëf enige dynamiek verleent.
Maker van het reliëf is Gerrit de Morée, in 1909 in Den Bosch geboren en hier werd hij ook opgeleid tot kunstenaar aan de Koninklijke Academie voor kunst en vormgeving. Later trok hij naar Parijs om aan de Académie de la Grande Chaumière zijn opleiding voort te zetten. De Morée was als kunstenaar buitengewoon veelzijdig: hij tekende, schilderde en maakte beelden en glasmozaïeken. Het meest bekend is hij waarschijnlijk als illustrator van tientallen boeken. Wanneer en hoe hij precies in Breda terecht is gekomen, is niet helemaal duidelijk. Zeker is in ieder geval dat hij hier samen met drie geestverwanten in 1933 de Bredasche Kunstkring oprichtte om hiermee het kunstleven in de stad te bevorderen. Twaalf jaar later was De Morée een van de initiatiefnemers voor de Vrije School voor Beeldende Kunsten, de latere Academie St. Joost, waar hij zelf ook les ging geven.
Niet alleen buiten aan de gevel van Tessenderlandt heeft De Morée gezorgd voor een beeldbepalend werk, ook binnen zijn nog diverse werken van hem te zien. Zo is er in de hal/aula op de begane grond een groot reliëf-mozaïek in verschillende tinten baksteen. Dat vormt de achtergrond voor een aantal mozaïektableaus, met fantasiefiguren die in de verte aan Cobra doen denken. Dat kan toeval zijn, want De Morée maakte ook veel traditioneler figuratief werk en maakte bijvoorbeeld ook geregeld decoraties met liturgische thema’s voor kerken.
Met het reliëf buiten sloot De Morée op monumentale wijze aan bij het ontwerp van architecten Cees Geenen en Leo Oskam. Het reliëf en de tableaus binnen, samen zo’n tien’meter lang, verbeelden het scheppingsverhaal, wat op zich voor een LTS wel weer toepasselijk is. Door de reliëfvorm vormt een verbinding met het gevelreliëf. Met de mozaïektableaus laat De Morée de diversiteit van de leerlingen zien, waarbij iedereen uniek en origineel is. Tegelijk wekken al die tableaus ook de indruk van een expositie, waarbij ieder als het ware laat zien wat hij of zij in huis heeft.
Geef een reactie