Van wie???? Die vraag werd mij geregeld gesteld, ook door kunsthistorici, toen ik bezig was af te studeren op een doctoraalscriptie over de rol van muziek in het leven en werk van Moritz von Schwind. En ik krijg de vraag nog altijd te horen. Geboren in 1804 en overleden in 1871 was Schwind in zijn tijd een gevierd schilder, die prestigieuze opdrachten kreeg. Inmiddels is hij redelijk in het vergeetboek geraakt. Toen ik afgelopen vakantie in Wenen, Schwinds geboortestad, waar hij onder andere met componist Franz Schubert goed bevriend was, rondliep, begon het weer te kriebelen. Vandaar een zoektocht naar het leven en werk van een niet meer zo heel erg bekende schilder.
John Irving
De eerste keer dat ik hoorde van Moritz von Schwind was toen ik de boeken van John Irving las. De naam bleef mij bij, zonder dat ik wist over wie het ging. Dat is ook niet zo vreemd. Irving schreef niet over de schilder Schwind, maar over de straat die naar hem genoemd is, de Schwindgasse. Het eerste boek dat ik er pas op nasloeg was Hotel New Hampshire. Gedurende een deel van dat boek runt de familie Barry een hotel in Wenen. Maar nergens kwam ik de straatnaam tegen. Het hotel bevond zich in de Kruegerstrasse, van de Schwindgasse geen spoor. Had ik het dan helemaal mis? Nee, want in Irvings volgende grote bestseller The World according to Garp woont de hoofdpersoon wel enige tijd in de Schwindgasse in Wenen. Op nummer 15, 2 hoog om precies te zijn, hetzelfde adres waar Irving zelf, zo blijkt, ook enige tijd gewoond heeft.
“Jenny and Garp moved into a cream-colored, high-ceilinged apartment on the second floor of an old building on the Schwindgasse, a little street in the fourth district. They were right around the corner from the Prinz-Eugen-Strasse, the Schwarzenbergplatz, and the Upper and Lower Belvedere.”
Ook in Setting free the Bears, The Water-method Man, The 158-Pound Marriage laat Irving personages wonen in de Schwindgasse of er op bezoek gaan.
Statige straat
Uiteraard ben ik gaan kijken in de Schwindgasse. Het is een statige straat met klassieke gevels, net buiten de Weense ring, die kort na Schwinds dood in 1871 werd gebouwd en zijn naam kreeg. Voor een tweederangs hotel, gerund door een Amerikaans gezin en waar bovendien een stel anarchisten een bomaanslag bezig is te plannen op de Wiener Staatsoper, zoals Irving in Hotel New Hampshire beschrijft, is de straat veel te chic. In een passage in Setting free the Bears maakt Irving melding van de aanwezigheid van de ambassade van Bulgarije. Dat komt meer overeen met de werkelijkheid. Tegenwoordig zijn het de ambassades van Colombia, halverwege en die van Griekenland, aan het uiteinde van de straat, die als zodanig herkenbaar zijn. Eigenlijk is de aanduiding Gasse best vreemd. Een steeg, wat de letterlijke vertaling is, is de straat allerminst.
Schwindstrasse
Ook elders zijn straten naar Schwind genoemd. In Berlijn bijvoorbeeld. Ook in de Duitse hoofdstad was ik onlangs en ik ben naar de Schwindstrasse op zoek gegaan. Van de grootsheid van Wenen is in Berlijn niets te zien. De Schwindstrasse in Berlijn is een doodlopend straatje in de wijk Treptow, voormalig Oost-Berlijn. Aan een zijde twee huizenblokken, aan de overkant wat bomen en direct daarachter de S-bahn naar vliegveld Berlin-Schönefeld. Waar bij omliggende straten als de Defreggerstrasse, de Leiblstrasse en de Rethelstrasse nog uitleg werd gegeven wie de naamgevers waren, ontbrak zelfs dat in de Schwindstrasse. De straten in Wenen en Berlijn genoemd naar dezelfde schilder, het was een wereld van verschil. En ondenkbaar dat er ooit een schrijver de Schwindstrasse in Berlijn als thuis voor een van zijn romanpersonages zal kiezen.