Pas hoorde ik tijdens een fietstocht langs straatpoëzie in Utrecht van literatuurwetenschapper Kila van der Starre een verhaal over een ongewenst muurgedicht met bijbehorende muurschildering. Het deed me denken aan een Italiaanse renaissance-schilder, die op eigenaardige manier bekendheid kreeg in de kunstgeschiedenis.
Daniele da Volterra werd in 1509 geboren in … Volterra. Hij werd naar zijn geboorteplaats genoemd, want eigenlijk heette hij Daniele Ricciarelli. Hij schijnt zijn opleiding te hebben genoten bij Sodoma, een geweldige schilder van onder meer een cyclus over het leven van Benedictus in het klooster van Monte Oliveto Maggiore in de provincie Siena. Maar zoals zijn bijnaam Sodoma al doet vermoeden was hij niet geheel van onbesproken gedrag. Beter af was Daniele da Volterra waarschijnlijk toen hij naar Rome ging en Michelangelo zich opwierp als zijn beschermheer. Daniele schilderde diverse fresco’s, zoals in de Santa Trinità dei Monti, de kerk boven aan de Spaanse trappen. Mogelijk heeft Michelangelo zijn protégé hierbij van advies gediend. Maar echt succesvol werd Daniele niet. Hij keerde de schilderkunst de rug toe en vestigde zich als beeldhouwer in Florence. Ook dat leverde niet het gehoopte succes op. Het was uiteindelijk paus Pius IV die Daniele da Volterra terugriep naar Rome, voor een bijzondere, zij het weinig eervolle opdracht: Michelangelo’s Laatste oordeel in de Sixtijnse kapel kuisen. Geslachtsdelen overschilderen met lendendoekjes. Het leverde Daniele een weinig vleiende bijnaam op, il Braghettone, de broekenschilder. Daniele stierf in 1566, Pius werd in 1559 paus, dus de werkzaamheden moeten ergens in deze zeven jaar hebben plaatsgevonden.
Amsterdam, 2004. In de Jacob van Lennepstraat nemen bewoners het initiatief om het straatbeeld aan te pakken. Met een gedicht en een muurschildering de betrokkenheid van de bewoners bij hun buurt vergroten is het idee. Uiteraard ligt de keuze voor de dichter voor de hand, Jacob van Lennep. De keuze voor het gedicht Aan een roosje is opmerkelijk. Het is nooit gepubliceerd, neerlandicus Anton Korteweg, hoofdconservator van het Nederlands Letterkundig Museum vond het terug in het archief van Van Lennep. Daarbij is de inhoud van het gedicht erotisch, voor de meeste initiatiefnemers voor straatpoëzie een reden om het gedicht te diskwalificeren. Zo niet in de Van Lennepstraat. Kunstenaar Rombout Oomen presenteerde zijn ontwerp, kreeg overwegend bijval en toog aan het werk. Met Europese subsidie nog wel. Toen het werk klaar was, kwamen er heftige reacties. Niet op de tekst, waarvoor je behoorlijk moeite moet doen om die van A tot Z te lezen, maar op de aanwezigheid van een naakte vrouw in de schildering. De bewoners tegenover het werk kregen van de gemeente een tegemoetkoming in de vorm van matglas en een bedrag om hoge kamerplanten aan te schaffen. Maar uiteindelijk heeft Oomen de vulva van de vrouw geblurd, als het ware met grove pixels grotendeels aan het zicht onttrokken. Eigenlijk zoals Daniele da Volterra ooit deed, maar dan in een iets andere vorm. Blurren als broekenschilderen 2.0.
Geef een reactie