Punta del Este staat er op de gevel van een huis in Nijmegen-Oost. En elke keer als ik er langs loop moet ik aan Venetië denken. Op de splitsing van het Canal Grande en het Giudeccakanaal vind je de Punta della Dogana, de spitse punt naast de basiliek van Santa Maria della Salute. Deze kerk werd in 1630-1631 naar een ontwerp van architect Baldassare Longhena gebouwd als votiefkerk, nadat de pest was verdwenen uit de stad. Toen een halve eeuw later het stadsbestuur vroeg om een nieuw douanekantoor op de punt diende Longhena ook hiervoor een ontwerp in. Maar men koos voor het ontwerp van de Dogana da Mar van architect en ingenieur Giuseppe Benoni, dat half zo duur was. Sinds 2009 is het gebouw ingericht als museum.
Punta del Este staat op de hoek van de Ubbergseveldweg en de Sterreschansweg. Via het digitaal bouwarchief van de gemeente Nijmegen kom ik erachter dat het gebouwd is in 1948 als woonhuis voor J.P. Broekhoven. Of meneer Broekhoven de naam van zijn huis bedacht heeft is niet te achterhalen. Wel wordt snel duidelijk dat de naam wellicht een tikje pretentieus is. Van een echt iconisch punt van oost is nauwelijks sprake. Links naast het pand is een jaar eerder al een huis gebouwd en rechts is in 1955 een vergunning afgegeven voor de herbouw van een huis. En de school iets verderop dateert al van 1928.
Toch wil ik meer weten. Punta del Este blijkt te zijn gebouwd door Bernard Koldewey, die vooral bekend werd als architect van rooms katholieke kerken, kloosters en scholen. Koldewey wordt gezien als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Delftse School, die een wat traditionele architectuur voorstond, waarin eenvoud en harmonie tussen massa en ruimte en lichtval centraal stond. Toen hij het huis voor J.P. Broekhoven ontwierp was hij al 53 jaar oud, maar pas daarna beleefde hij een zeer vruchtbare periode met tientallen opdrachten.
Over J.P. Broekhoven blijkt ook nog wel het nodige te vertellen. Johannes Petrus Broekhoven werd geboren op 17 juni 1863 als zesde van in totaal vijftien kinderen, waarvan er vijf al zeer jong overleden. Op 25-jarige leeftijd vertrok hij naar Antwerpen en vandaar bezocht hij de Wereldtentoonstelling in Parijs. Jan ging als aannemer aan de slag en breidde zijn bedrijf uit met een baggerbedrijf. Hij was betrokken bij grote infrastructurele opdrachten, zoals het Maas-Waalkanaal tussen Heumen en Nijmegen, de voltooiing van het Wilhelminakanaal bij Tilburg en de Noordersluis bij IJmuiden. In 1936 was hij verantwoordelijk voor de bouw van de Waalbrug in Nijmegen. Ook legde zijn bedrijf grote stukken van de A12 tussen Bodegraven en Zevenaar aan. Broekhoven verhuisde vele malen. De laatste verhuizing was in 1948 naar het al genoemde huis in Nijmegen, waar hij op 11 november 1949 overleed.
Behalve het huis dat ooit van Jan Broekhoven was, is er nog een Punta del Este. Het is een mondaine badplaats, merkwaardig genoeg aan de zuidkust van Uruguay. Dit Punta del Este, hoewel met circa 10000 inwoners niet heel erg groot, had vleiende bijnamen als het Monaco van het zuiden of het Saint-Tropez of de Hamptons van Zuid-Amerika. Een klein schiereiland markeert de plek waar de Rio de la Plata in de Atlantische Oceaan stroomt. Van het aannemers- en baggerbedrijf van Jan Broekhoven kan ik vooralsnog geen buitenlandse opdrachten vinden. Wel wordt er bij een nieuwe inschrijving in het handelsregister melding gemaakt van deelnemingen in soortgelijke bedrijven in binnen- en buitenland. Maar zou het geen romantisch idee zijn dat Broekhoven hier in Punta del Este, net als in Nederland een grote infrastructurele klus heeft geklaard? En dat hij de plaats voor altijd in zijn hart sloot en zijn laatste huis zo noemde? In antwoord op mijn vraag laat de huidige eigenaar me weten dat niet Broekhoven, maar hij de naamgever van het huis is. Maar ook dat hij voor zaken geregeld in de kuststad in Uruguay geweest is en dat hij er zeer gecharmeerd van is.
In 1982 heeft Punta del Este een iconisch kunstwerk gekregen. Er werd een soort festival georganiseerd, waarbij negen kunstenaars gevraagd werd om op het strand een kunstwerk te realiseren. Een van hen was de Chileense beeldhouwer Mario Irarrázabal. Hij verbeelde de niet van gevaar ontblote relatie van de mens met de zee door op het strand vijf kolossale vingers te plaatsen, als was het het laatste teken van iemand die verdrinkt, La Mano. Het is als het ware het ultieme vragen om hulp. Het werk maakte enorme indruk. Van de negen is La Mano het enige dat mocht blijven. En nadien heeft Irarrázabal het werk in wat afwijkende vorm uitgevoerd in Madrid, in de Atacama woestijn in Chili en in … Venetië. Hier stond het op de Riva Ca’ di Dio, maar inmiddels is het verwijderd.
Een link tussen Broekhoven en Punta del Este is er dus nooit geweest. Wat op zich wel weer jammer is: hij als eigenaar van een baggerbedrijf en de stad met een kunstwerk dat overspoeld raakt met zand.