Pasquino, Abate Luigi, Il Babuino, Il Facchino, Madama Lucrezia en Marforio. In Rome zijn ze beroemd of berucht. Romeinen kennen ze al sinds het begin van de zestiende eeuw als de sprekende beelden. En ze nemen geen blad voor de mond. Via briefjes op hun sokkels leveren de beelden commentaar, vooral op de Italiaanse politiek, maar ook bijvoorbeeld op het Vaticaan. Anno 2014 krijgen ze concurrentie: beelden zitten tegenwoordig op twitter.
“En wat vond je van me?”, werd mij bijna twee weken geleden op twitter gevraagd. De tweet was afkomstig van @feestaardvarken. Een vriendin vroeg zich af of ik wellicht fotograferend op de omslag van een boek over moderne architectuur en stedenbouw in Arnhem stond. Ik was het niet, maar herkende wel de plek waar de foto was genomen: op het Bartokplein in Arnhem waar het feestaardvarken ligt. Toevallig was ik er net een week eerder voor het eerst geweest.
Het feestaardvarken in Arnhem is zoals bekend een geschenk van Burgers Zoo, dat in 2013 honderd jaar oud was. Met zijn snuit fier in de lucht en met een geel feestmutsje ligt het grote rode beest inmiddels al ruim een jaar in het Arnhemse centrum. Bedenker van het feestaardvarken is Florentijn Hofman, een kunstenaar die geregeld in het nieuws komt met bijzondere projecten. Zo verrees er enkele jaren geleden op het Nijmeegse Valkhof een groot staand uitkijkkonijn. Ook haalde Hofman recent het nieuws doordat een groot wit konijn dat een plek zou krijgen in Taiwan grotendeels in vlammen was opgegaan. Tijdens de constructie van het beest had het vlamgevat door de vonken van een lasapparaat. En je zou bijna denken dat Taiwan Hofman niet gunstig gezind is, want op 31 december 2013 ontplofte in hetzelfde land een van zijn gigantische badeenden.
Ik vind het feestaardvarken leuk. Kinderen klimmen op het beest en spelen op zijn buik. Volwassenen staan er geamuseerd naar te kijken en praten met elkaar. Kortom het beeld, want dat is het uiteindelijk, zorgt voor positieve gevoelens. Nou is dat niet per definitie de taak van kunst, maar niets is zo fnuikend als schouderophalend langslopen. Een beeld in de openbare ruimte dat niet wordt op[gemerkt, heeft eigenlijk geen bestaansrecht.
Maar wat wil Hofman eigenlijk zeggen met zijn kolossale beesten? Over zijn badeenden heeft hij wel eens gezegd dat ze helende verhoudingen hebben, dat ze apolitiek zijn en mondiale spanningen kunnen verzachten of verduidelijken. Dat is ook de kracht van de beelden. Ondanks hun enorme afmetingen zijn ze aaibaar, je wordt er vrolijk van. Dennis Gaens,
stadsdichter van Nijmegen toen het konijn daar stond schreef het gedicht SOMS HEB JE DAAR EEN GIGANTISCH KONIJN VOOR NODIG. In het gedicht pleit Gaens ervoor dat mensen bewuster kijken. En daarom is hij, getuige de titel, zo blij met Hofmans konijn. Verderop in zijn e-zine schrijft Gaens in de verantwoording bij het gedicht over een ontmoeting met Hofman. De kunstenaar had wel honderd verklaringen voor zijn werk, waarvan er op die bewuste avond dertien, de een nog hilarischer dan de ander, de revue passeerden.
Gaens sluit af met een gedachte, die mij ook uit het hart gegrepen is:
“Toch denk ik dat er een centrale gedachte in Hofmans werk zit, die ook nog ter sprake kwam:
‘De mensen moeten leren kijken.’
‘Waarnaar?’
‘Naar wat er is.’
En zo is het.”
Nieuwsgierig zijn, zich verbazen, zich verwonderen, dat is waar het kijken naar kunst altijd mee begint. En als mensen dat niet uit zichzelf doen, zijn er altijd nog moderne communicatiemiddelen zoals twitter om ze daartoe uit te nodigen.