“And if I should fall, would you hold me”, zingt Beth Gibbons (Portishead) met haar kenmerkende ijle stem in het nummer Hunter. Ik moest eraan denken toen ik pas weer eens Icarus van Hendrick Goltzius tegenkwam.
Andersom moet ik ook altijd als ik het nummer hoor aan een van de bekendste valpartijen uit de kunstgeschiedenis denken. Dat die val zo bekend is komt natuurlijk door het verhaal. Samen met zijn vader Daedalus, die voor koning Minos van Kreta het labyrint van Knossos heeft gemaakt, zit hij gevangen. Minos wil ze niet laten gaan, omdat Daedalus het geheim van het labyrint kent. In het geniep werkt Daedalus echter aan hun ontsnapping: hij verzamelt veren om daar met was vleugels van te maken. Als het moment van wegvliegen daar is, waarschuwt Daedalus zijn zoon: vlieg niet te laag over de zee, want dan worden de vleugels nat en te zwaar; vlieg niet te hoog en te dicht bij de zon, want dan smelt de was. Het gevoel van vrijheid tijdens het vliegen stijgt Icarus echter naar zijn hoofd, hij vergeet de waarschuwingen van zijn vader en stort in zee.
Hendrick Goltzius werkte rond 1588 naar voorbeeld van schilder Cornelis Cornelisz. van Haarlem aan de verbeelding van het verhaal. We zien Icarus, een hand voor zijn ogen tegen het verblindende zonlicht en met een blik van wanhoop, in een rare houding, zonder vleugels. Onder hem zien we, veel verder naar de achtergrond, een man mét vleugels, Daedalus.
[Lees meer…] overVallen